We hebben de afgelopen jaren wel het een en ander geleerd over de PNG-cultuur, dus hebben we gezorgd voor een voorraadje zaden die we konden planten als we in de bush aankwamen. Mooie bloemen, groente, fruit – we hebben een aantal favorieten meegenomen en hadden er zin in om te zien of die dingen het ook zo goed zouden doen in onze nieuwe woonplaats.

Tuinieren maakt in PNG een enorm deel uit van het leven, en als we tuin zeggen, hebben we het niet over gladgestreken gazonnetjes en bloembedden; de tuin in PNG zorgt voor de voedselvoorziening van het gezin. In het begin kan het lastig zijn om onderscheid te maken tussen tuin en jungle; ze beslaan een flink oppervlak en staan vol planten die wij slechts met moeite herkennen, maar voor iemand die hier opgegroeid is, lijkt dat een verschil van dag en nacht! Zij kunnen zich natuurlijk niet voorstellen dat wij nog nooit gezien hebben hoe een ananas groeit (of daar zelfs maar over nagedacht hebben) en dat we onkruid niet kunnen onderscheiden van eetbare bladgroente. (Ik weet nog dat ik een keer probeerde iemand te helpen bij het wieden van de tuin, maar ik deed uiteindelijk niet veel dan staan en rondkijken omdat ik niet wist welke planten eetbaar waren en welke onkruid.)

Nou ja. De mensen van Kovol vinden het geweldig dat ze Rhett bezig hebben gezien met het kweken van sinaasappels, avocado’s en moerbeien. Wij zijn bezig geweest met het planten van mais, bloemen, paprika, aloë vera, bosui en papaya. Ze nemen de kans om ons te kunnen helpen en hun expertise te kunnen gebruiken. Toen we aan het bouwen waren, gebruikten we allerlei gereedschappen die zij nog nooit hadden gezien, en hoewel ze graag wilden helpen, stonden ze er een beetje bij als ik bij die vriend in zijn tuin stond om onkruid te wieden!
Er staat altijd een hele groep mensen als we onze zaden erbij pakken en achter onze huizen ontstaat een tuin die groter en groter wordt.

Iedere keer dat er iemand wil komen helpen, maar niet precies weet wat er te doen is (best vaak dus), dan beginnen ze met het rooien van jungle om onze tuin te kunnen uitbreiden 🙂

Gerdine had haar mais gezaaid terwijl de gemeenschap oplettend toekeek en het was ons niet opgevallen (dat zou ook nooit gebeurd zijn) dat een dorpskip de zaden had opgegraven en opgegeten. Het dorp had het echter wel gezien en was ervan geschrokken: de zaden van de blanken waren opgegeten!
Dus vonden ze het een goed idee om een kippen- (en varkens-)proof hek te bouwen zodat onze tuin niet opgegeten zou worden door de lokale dierenbevolking. Zoals je kunt zien was het geen klein projectje om dat te bouwen, maar het lijkt erop dat mensen er echt van genieten om ons te helpen en zij zijn de experts!

Ik denk dat het taal leren wel leuk zal worden 🙂 We gaan hun tuinen in om te helpen – daar zal wel flink over gepraat gaan worden!

We zien dat sommige van onze planten al aan het uitlopen zijn. De sterke zonneschijn en de grote hoeveelheid regen maken de omstandigheden voor het groeien ideaal. Ik zou hier heel graag zoete passievrucht willen kweken, maar we weten eigenlijk niet zeker of het klimaat daarvoor geschikt is.
Nu we erover nadenken hebben we op onze Australiëtrip een kans laten liggen, want wat cultureel gepast was geweest, was om wat zaden mee naar huis te nemen om ze in Kovol te introduceren. 🙂

We gaan wel zien hoe het lukt met de tuin. Ik heb het idee dat hij zo groot zal worden dat we het niet meer bij kunnen houden en wij die domme blanken zullen zijn die hun tuin weer bush laten worden – maar voor nu is het heel leuk om te doen.
Als het oogsttijd is, zullen we dat ook moeten uitvogelen. Moeten we het zelf opeten, iets uitdelen, alles uitdelen? We weten nog niet hoe dat hier werkt. Als we dat eenmaal snappen, kunnen we volgend jaar misschien uitbreiden met varkens en kippen?
We zullen het zien!




0 reacties

Geef een reactie