Het was een week vol belevenissen. Eind vorige week hadden we onze eerste dorpsvergadering. Vertegenwoordigers van een aantal Kovoldorpen kwamen bij elkaar voor een ‘officiële’ vergadering om een agenda met negen punten (allemaal met betrekking tot ons) te behandelen. Het had waarschijnlijk toe gekund met maar twee punten: hoe gaan we om met zendelingenkinderen en hoe zorgen we voor de zendelingen. Oscar heeft superbraaf twee uur zitten wachten tijdens het gepraat in Kovoltaal, en we zijn na een poosje een beetje weggedroomd.
Wij mochten ons woordje doen met betrekking tot de omgang met onze kinderen. Ze weten al van het Pal team, onze buren, dat wij er andere normen op nahouden dan zij, en bepaalde manieren waarop zij hun affectie voor onze kinderen willen tonen, kunnen bij ons echt niet door de beugel. De mensen van KOvol hebben dat opgepakt als ‘raak zendelingenkinderen nooit aan – ECHT NOOIT – en daar heb ik iets van kunnen vertellen. “Je mag ze bij de hand vasthouden, je mag ze optillen, maar je mag nooit aan hun broekjes zitten en je mag niet met ze alleen zijn” – maar vooralsnog verwacht ik dat mensen zo voorzichtig blijven met onze kinderen, dat het een beetje gek is.
De oudere kinderen lopen erbij als een soort van haaien in een school vissen, zo veel ruimte is er om hen heen! We hopen dat dat met de tijd wat natuurlijker gaat verlopen, maar tot nu toe zijn we alleen maar blij met hoeveel rekening ze ermee houden.
Wat betreft het voor ons zorgen, de Kovolmensen hadden afgesproken ons vaak te bezoeken, veel tijd met ons door te brengen en ons veel eten te brengen. We zitten hier nu drie weken en we krijgen nog steeds meer taro en groenten dan we op kunnen!
Toen we op zaterdagavond als gezin aan het wandelen waren, zagen we een grote groep ergens vandaan komen. We dachten dat er een feestje gaande was en begroetten ze vrolijk. We zagen aan hun sombere gezichten dat er iets aan de hand was en jawel, ze vertelden ons dat een kind zijn been bezeerd had. HIj werd gedragen door een van de volwassenen.
We vroegen naar welk huis ze onderweg waren en lieten ze verder gaan, blij dat we nog niet de plek waren waar iedereen met zijn verwondingen naartoe kwam.
Toen Oscar goed en wel in bed lag, heb ik mijn hoofdlamp opgezet en ben gaan kijken, en wat ik ontdekte was veel ernstiger dan ik gedacht had. Een zware stam was gaan rollen en had het been van het zevenjarige jongetje Lendi verpletterd en het zag eruit als een ernstige breuk. Mijn hart schoot naar mijn keel toen ik al het bloed zag, bang dat het een open breuk was, maar het was slechts bloed van de sneetjes die de familie gemaakt had om de zwelling wat te ontlasten.
Het was wel een ernstige verwonding. Zijn vitale functies waren stabiel, maar ik moest met ons team gaan praten – ik wilde pijnstillers toedienen (we hebben een beleid opgesteld voor we kwamen, zodat we allemaal hetzelfde doen, maar dit stond er niet in) en we moesten een medische evacuatie regelen.
Ik maakte me het meeste zorgen over zijn voet, die een gekke kant in gedraaid stond – daaruit leidde ik af dat zijn bot ernstig beschadigd was. De volgende dag besloten we te proberen het bot te zetten.
Met alleen maar paracetamol en ibuprofen als pijnstillers was het superpijnlijk voor Lendi dat we met ons tweeën zijn been rechttrokken en zijn voet de juiste kant in zetten. We hebben het gespalkt en daarna zag het er beter uit, maar er was duidelijk een operatie nodig en we zijn daarvoor de regelingen gaan treffen.
Dit was de eerste keer dat we dat deden – de vorige mogelijke medische evacuatie is nooit meer gekomen. Ons beleid is dat we een NTM heli om laten vliegen als hij toch al in de buurt was maar we geen aparte vlucht zouden regelen, dus checkten we het schema en zagen dat komende woensdag de heli mensen af zou zetten in Pal, twee minuten vliegen verderop, en dat de heli zonder passagiers terug zou gaan – perfect!
De kosten voor deze vlucht van ons naar Madang zouden neerkomen op ongeveer $320.
In ons beleid staat ook dat we de gemeenschap vragen om K200 (ongeveer €60) als deelbetaling. We wilden dat de medische evacuaties voor hen wel haalbaar zouden zijn, maar wel zo duur dat er geen misbruik van zou worden gemaakt. Het hele argument van ‘als het niets kost, is het ook niets waard’.
We hadden geen idee of dat geld er ook zou komen. Hadden we het juiste bedrag bepaald? Heeft de gemeenschap zo veel geld? (wij dachten van wel) Zou de familie de jongen mee laten gaan met al het gedoe en het onbekende van het in de stad zijn?
We zeiden tegen hen: “het is nu in jullie handen. Als Lendi niet naar het ziekenhuis gaat, kan dat zijn dood betekenen en we laten de heli pas komen als we die K200 krijgen.”
Gelukkig betaalde de familie en zei: “We doen wat jullie aanraden.” Lendi moest echter nog wel een paar dagen geduld hebben. We zijn iedere ochtend en avond gaan kijken hoe hij het maakte en hem paracetamol te geven. Tot onze verbazing kon Lendi altijd glimlachen en genoot hij van de aandacht! Wat een taaie!
DInsdag was een vieze, regenachtige dag en we hebben ons gestort op verven en binnsnhuisprojecten. Wat wij niet wisten, was dat de mensen in KOvol stonden te trappelen om samen met ons te eten. Het blijkt dat ons dorp nog geen ‘wanbel’ (eensgezindheid) feestmaal heeft gegeven sinds wij hier zijn komen wonen. Andere dorpen wel, maar zij niet, en ze hadden de conclusie getrokken dat deze verwonding was ontstaan doordat ze niet wanbel waren met ons. Het was hun schuld dat deze nare gebeurtenis was voorgevallen en ze stonden te trappelen om een maaltijd te organiseren, zodat alles weer goed was.
Het geeft een blik op hun wereldbeeld – maar dat is alles op dit moment – we kennen de taal nog niet goed genoeg om er iets meer van op te pikken!
We was sneu om de tranen te zien van de vrouw die haar varken had opgeofferd. Ze stond het stilletjes te aaien en ermee te knuffelen voor het doodgeschoten werd. Vrouwen brengen hun varkens groot alsof het gezinsleden zijn.
Vanmorgen werd Lendi vervoerd en dat was erg pijnlijk voor hem, maar we danken God voor het mooie weer, waardoor de heli netjes op tijd kon arriveren. Onze buren in Pal hadden ook passagiers meegegeven, een vrouw met een ernstige steekwond waar dringend naar gekeken moest worden, dus het was tamelijk druk achterin!
We stuurden Lendi mee samen met zijn vader en gaven hem een goedkope telefoon mee zodat hij contact met ons en de gemeenschap kon houden. We gaven ook een brief mee met wat we geobserveerd hadden en welke eerste hulp we hadden toegepast. Er gaan geruchten dat mensen zonder foto-ID worden weggestuurd bij het ziekenhuis, dus we deden ons best om al van tevoren een wit voetje te halen. We belden de directeur van de afdeling gezondheidszorg van de provincie en gaven hem de gegevens door, zodat hij kon zorgen dat het ziekenhuis Lendi zeker aan zou nemen.
De zendelingen in Madang hebben de begeleiding van het laatste stukje voor hun rekening genomen en we waren blij te horen dat Lendi is opgenomen. Vanmiddag belde zijn vader om te vertellen dat het röntgenapparaat van het ziekenhuis kapot is, en dat ze moeten wachten tot het gemaakt is voordat er iemand naar Lendi gaat kijken. We bidden voor een snelle reparatie!
We hebben gedaan wat we kunnen, denk ik maar. Het leven hier is zo zwaar.
0 reacties